Dat is hem. C'est lui. Blijkbaar waren er 30 schepen van dit type, dus nu nog uitzoeken welke de " TR " is. Apparemment, il y avait 30 navires de ce type, alors découvrez maintenant qui est le "TR
Torpedoboot A26 van de Torpedoboot 1915-klasseNet als hun voorgangers, de Torpedoboot (Design 1914), waren de 30 boten van het Torpedoboot Design 1915 speciaal ontworpen om te werken in de ondiepe wateren aan de kust van Vlaanderen. Met de lessen van de eerste operatie van de Torpedoboot 1914, werd het nieuwe ontwerp in verschillende opzichten verbeterd. A26-A55 waren meer dan 50% vergroot en om de vereiste snelheid te behouden, waren ze uitgerust met een stoomturbine in plaats van een expansie-engine.
Er was een radicale verandering in bewapening. De belangrijkste bewapening - de torpedo's - werden teruggebracht tot slechts één buis over, maar daarom waren de schepen uitgerust met twee 8,8 cm kanonnen om zichzelf te verdedigen tegen Britse torpedobootjagers.
De Torpedoboot 1915 is gebouwd om ook als mijnenveger te worden gebruikt, een taak die hun hoofdtaak kreeg in de latere jaren van de oorlog. Bij gebruik als mijnenvegers werd de torpedobuis verwijderd om gewicht te besparen voor de mijnvegers.
Zeven van die boten werden gedemonteerd en naar Antwerpen getransporteerd om weer bij elkaar te worden gebracht, een van de boten - de A51 - werd zelfs met de trein naar Pola vervoerd om in de Middellandse Zee te worden gebruikt.
Slechts één Torpedoboot 1915 was tijdens de oorlog verloren. De meeste boten hebben het overleefd en zijn in 1920 door Groot-Brittannië overgenomen als oorlogsprijs en in de daaropvolgende jaren gesloopt. Verschillende boten werden geïnterneerd in België en werden gebruikt door de Belgische marine tot de late jaren 1920. Een paar boten werden zelfs tijdens de Tweede Wereldoorlog gebruikt in verschillende hulprollen, de laatste werd in 1955 gesloopt.
Torpedoboot A26 de la classe Torpedoboot 1915Comme leurs prédécesseurs, le Torpedoboot (Design 1914), les 30 bateaux du Torpedoboot Design 1915 ont été spécialement conçus pour opérer dans les eaux peu profondes de la Côte des Flandres. Avec les leçons de la première opération de la Torpedoboot 1914, le nouveau design a été amélioré à plusieurs égards. A26-A55 ont été agrandies à plus de 50% et pour garder la vitesse requise, ils ont été équipés d'une turbine à vapeur au lieu d'un moteur d'expansion.
Il y avait un changement radical dans l'armement. L'armement principal - les torpilles - ont été réduits à un seul tube à gauche, mais par conséquent les navires ont été équipés de deux canons de 8,8 cm pour se défendre contre les destroyers britanniques de torpilleurs.
Le Torpedoboot 1915 a été construit pour être utilisé comme dragueur de mines, un devoir qui a eu sa tâche principale dans les dernières années de la guerre. Lorsqu'ils ont été utilisés comme dragueurs de mines, le tube lance-torpilles a été retiré pour économiser du poids pour l'équipement de balayage de la mine.
Sept de ces bateaux ont été démontés et transportés à Anvers pour être recomposés, l'un des bateaux - l'A51 - a même été transporté à Pola par train pour être utilisé en Méditerranée.
Un seul Torpedoboot 1915 a été perdu pendant la guerre. La plupart des bateaux ont survécu et ont été pris en charge par la Grande-Bretagne comme un prix de guerre en 1920 et mis au rebut dans les années suivantes. Plusieurs bateaux ont été internés en Belgique et utilisés par la marine belge jusqu'à la fin des années 1920. Quelques bateaux ont même été utilisés pendant la Seconde Guerre mondiale dans plusieurs rôles auxiliaires, le dernier d'entre eux a été mis au rebut en 1955.